Appelvlaai

Vandaag had ik zin om te bakken, dus ...
keek ik nog eens in dit boek.

Een appelvlaai is het geworden, en hij is waanzinnig lekker:

Hier volgt het recept:
Bereiding: 20 min.

250 g bloem
1/2 zakje gedroogde gist
50 g roomboter, op kamertemperatuur
5 el suiker
2 eieren
100 ml melk, op kamertemperatuur
1 kilo handappels (ik nam er maar 4)
sap van 1 citroen
1 1/2 theelepel gemalen kaneel

extra nodig:
mixer met deeghaken of keukenmachine
ingevette, hoge vlaaivorm van 30 cm doorsnede
(bij mij gewoon een taartvorm van 28 cm)

1. Strooi een beetje zout in een kom. Zeef de bloem erboven.
Maak een kuiltje in het midden van de bloem en strooi er de gist in.
Voeg de boter, 1 el suiker en 1 ei toe.
Schenk de melk erbij en kneed met de mixer, in de keukenmachine of met de hand tot een soepel deeg.
Voeg eventueel extra bloem toe als het deeg plakt.
Vorm er een bal van en laat het deeg afgedekt op kamertemperatuur 1 uur rijzen.
2. Schil de appels en snijd ze in schijfjes.
Schep ze om met 3 el suiker, het citroensap en de kaneel en zet koel weg.
3. Verwarm de oven voor tot 200°C.
Rol 2/3 van ht deeg uit tot een ronde lap van 36 cm doorsnede.
Leg het deeg in de vorm en druk het in de hoek goed aan.
Laat nog een paar minuten rusten en snijd dan het overtollige deeg langs de rand weg.
Verdeel de appels over de deegbodem.
4. Rol de rest van het deeg uit tot een dun deksel van 30 cm doorsnede.
Bestrijk de rand van de vlaai dun met losgeklopt ei.
Leg het deegdeksel erop.
Bestijk het deeg dun met ei en bestrooi met 1 el suiker.
Maak een paar sneetjes in het deegdeksel en bak de vlaai in de voorverwarmde oven in 25-30 min goudbruin en gaar.
Lekker met lichtgezoete slagroom.

Smakelijk !